In de First Impression – editie januari – onder artikel 'Sociale wetgeving in 2024', werd ook het punt ‘toeslag tijdelijke werkloosheid’ besproken. Er waren tal van onduidelijkheden die intussen door de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg werden uitgeklaard.
Je vindt hieronder een schematisch overzicht van de extra aanvulling tijdelijke werkloosheid vanaf 01.01.2024. Onder ‘werknemer’ worden zowel bedienden (PC 200) als arbeiders (PC 130) verstaan.
Hoe wordt het grensbedrag (bruto maandloon van 4.000 EUR) bepaald?
De FOD WASO gaat akkoord om zich te baseren op het gederfde theoretische loon dat als basis gebruikt wordt voor de berekening van de uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid. Deze wordt meegedeeld op de ASR-scenario 5 dat maandelijks aangegeven wordt.
Wordt het grensbedrag geproratiseerd voor deeltijdsers?
Neen, de bepaling van het maandloon is niet afhankelijk van de tewerkstellingsgraad.
Komt de extra aanvullende vergoeding bovenop de reeds bestaande sectorale vergoedingen ?
Ja, deze komt er bovenop.
De bestaande sectorale vergoedingen tijdelijke werkloosheid zijn:
Bij volledige tijdelijke werkloosheid: eerste 40 dagen tijdelijke werkloosheid: 7 EUR per werkloosheidsdag. Voor de volgende dagen: 2 EUR per werkloosheidsdag.
Bij gedeeltelijke tijdelijke werkloosheid: 7 EUR + 1 bruto uurloon (incl. ploegentoeslag) per werkloosheidsdag, zonder beperking.
Kan een onderneming vrijgesteld worden van deze extra aanvullende vergoeding?
Ja, maar enkel als zij aan beide voorwaarden voldoet:
Er bestaat een ondernemings-cao die een (nieuw) gelijkwaardig voordeel voorziet.
Dit gelijkwaardig voordeel is een percentage van het loon van de werknemer en waarborgt minstens het bedrag van 5 EUR aanvullende vergoeding per effectieve dag tijdelijke werkloosheid.